Boven aan de haven stond ik op haar te wachten
ik was drie uur te laat en de straten waren al donker

haar lach was ik nooit vergeten

ze kwam naast me zitten
met haar geel gelakte nagels woelde ze door mijn haren
ik zag haar, nooit vergeten lippen.

“het is kort.”
De lul was vijf jaar en drie uur laat

mijn geel gelakte nagels stonden prachtig
bij zijn rode haren
kort was het wel

de lichtjes op de haven reflecteerde in zijn ogen
ik vroeg me af of ik hem moest kussen

zei het stomste wat ik me kon bedenken